Bij keizerspinguïns ligt de gemiddelde snelheid bij 11 kilometer per uur. Voor een adéliepinguïn ligt die bij 8,2 km/uur of ongeveer zo snel als een vlugge voetganger. Een dwergpinguïn zwemt 6,5 km/uur. Vergeleken daarmee zwemt een mens ongeveer 0,72 km/uur en een zeehond 7,9 km/uur.
Als men dit verhoudingsgewijs bekijkt kan een adéliepinguïn in de “sprint” 6,5 keer z’n lichaamslengte (tussen 46 en 65 cm) afleggen terwijl een topsporter bij de mensen slechts één keer z’n lichaamslengte aflegt per seconde.
Natuurlijk zal deze snelheid bij gevaar veel groter zijn dan in normale omstandigheden.
Voor een keizerspinguïn heeft men een hoogste snelheid gemeten van bv. 25,5 km/uur.
Het Olympisch record van Ranomi Kromowidjojo over de 50 meter ligt op 24,05 seconden. Dit komt overeen met een topsnelheid van ruim zeven kilometer per uur